(On)partijdig?

by Mickey Hoyle

 
Het vinden van interessante egodocumenten, zij het brieven, dagboeken of reisverslagen, is gebonden aan een aantal factoren waarvan de aanwezigheid in de archieven de belangrijkste is. Met name wanneer de historicus op zoek is naar bronnen uit een bepaalde periode, en dan ook nog een bepaalde week, maakt hij het zichzelf en het onderzoek wellicht wat te moeilijk. Daarom heb ik er voor gekozen om vanaf deze week de inhoud van het document te laten prevaleren boven de datum, maar waar het kan zo dicht mogelijk in de buurt te blijven.

Jan Pijnappel (Amsterdam, 28 augutus 1791 – Amsterdam, 13 november 1864) hield in zijn jeugd een dagboek bij.1 In het jaar 1806 begon de vierde coalitieoorlog van Napoleon tegen een monsterverbond van Pruisen, Saksen en Rusland, bijgestaan door Zweden en Engeland. Jan woonde veilig in Nederland waar geen veldslagen werden geleverd maar lijkt toch opgewonden over het uitbreken van de oorlog:

Woensdag den 15den van de Wijnmaand.
[…]
Den oorlog is helaas reeds uitgebrooken: de declaratie is van de Fransche zijde gedaan! Den 6e deezer kwam Napoleon te Bambergen den 7e begonnen reeds de vijandelijkheden tusschen de beide armeën, welke tegenover elkander staan omtrent de Frankische grenzen. Landerdale is ook uit Parijs vertrokken: een laag stuk der Engelschen: nu hun weer iemand komt helpen om de Franschen te knaauwen, breeken zij de onderhandelingen wederom aff.

 
Voor een jonge jongen, inwoner van het eerder dat jaar gestichte koninkrijk Holland waren veldslagen in het buurland ongetwijfeld een spannende aangelegenheid, zeker wanneer het de expansiedrift van de Franse keizer betrof. Bovendien was koning Lodewijk Napoleon, die nog maar net op de troon zat, tegen wil en dank, met alles wat er nog van de Franse troepen in Nederland aanwezig was richting Pruisen gestuurd. Een zeer gedetailleerde beschrijving van de veldslagen geeft Pijnappel niet, in ieder geval niets wat niet in andere bronnen te vinden is. Wat echter wel interessant is, is dat het moeilijk te ontwaren valt uit de aantekeningen aan welke zijde hij zich schaarde. Dit komt niet omdat er, zoals wel vaker het geval is met dagboekaantekeningen, de verwachte meningen ontbreken, maar omdat de meningen zich in dit geval tegen lijken te spreken.

Maandag 20 do.
Reden was er de zekere tijding van eene actie tusschen de Franschen en Pruisschen, tien dagen geleden voorgevallen, waarbij de dappere Lodewijk, neef des konigs, ’t leven had verloren en in ’t algemeen de Pruisschen, welke met 100.000 tegen 160.000 man vochten, de nederlaag hadden gekregen!

 
Uit het gebruik van het woord ‘dapper’ om de neef van de koning te omschrijven zou je kunnen afleiden dat Pijnappel redelijk konings- en keizersgezind was. Twee dagen later leek hij zich echter 180 graden te hebben gedraaid.

Woensdag 22 Octr.
Heden liep ’t gerucht van een allerzwaarste slag tusschen de Pruisschen & Franschen, waarin de laatste eene compleete overwinning zouden behaalt hebben.2 25000 man krijgsgevangen gemaakt & 100 stukken geschut verovert. De effecten reezen hierop aanstonds aanmerklijk. Ware het waar, dan beklaag ik de arme Pruisschen, vooral de koning die zekerlijk in deezen oorlog ’t recht aan zijn zijde heeft.3 […]

Donderdag 23 dito.
Het gerucht van gistren is, helaas, maar al te zeer bevestigd, dog de bijzonderheden van de bataille zijn nog niet bekend.

 
Het is moeilijk op te maken aan welke kant Pijnappel stond, maar één zin lijkt te verraden waar zijn daadwerkelijke sympathieën lagen: als zoon van een handelaar stond het dagelijks leven natuurlijk in het teken van de economie, en wat voor een gevolgen voor de economie zou het hebben als de kersverse koning in het buurland zou sneuvelen en de vierde coalitie Napoleon ten val zou brengen? Zo ver zou het in 1806 echter niet komen: Lodewijk Napoleon keerde terug naar Den Haag, onder gemopper van de keizer die kritiek leverde op zijn militaire resultaten, en probeerde daar tot 1810 het koninkrijk te regeren.


1 Over dit dagboek is reeds gepubliceerd door E.P. de Booy (Booy, E.P. de, ‘De maaltijden van Jongeheer Pijnappel’ in: Zeventigste Jaarboek van het genootschap Amstelodamum, 312-343 (1978)), maar zij concentreert zich met name op het eten en het onderwijs van Pijnappel en maakt geen gewag van politieke berichtgeving.
2 De slag waar Pijnappel hier over spreekt is de dubbele slag bij Jena en Auerstedt op 14 oktober 1806.
3Ten tijde van de vierde coalitieoorlog werd Pruisen geregeerd door Fredrik Willem III, die tevens de zwager was van de koning Willem I van Nederland.